bartcaron.be

Vermindering van planlast in het lokaal jeugdwerk en cultuurbeleid

Ingediend op december 11th, 2005 door bartcaron

Op donderdag 8 december werd in de Commissie Cultuur, Jeugd, Sport en Media van het Vlaams parlement een wijziging van het decreet lokaal cultuurbeleid besproken en unaniem goedgekeurd.

Het decreet lokaal cultuurbeleid heeft op drie jaar tijd heel wat losgemaakt in de Vlaamse gemeenten en een aantal gemeenten in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad. Van de 327 Vlaamse en Brusselse gemeenten dienden sinds 1 januari 2002 212 gemeenten een aanvraag in om in te stappen in het decreet lokaal cultuurbeleid. Bij 186 gemeenten is ondertussen een gesubsidieerde cultuurbeleidscoördinator aan de slag. Er werden 174 cultuurbeleidsplannen goedgekeurd. 305 gemeenten beschikken over een door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde bibliotheek en 61 gemeenten beschikken over een door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerd cultuurcentrum.

Na drie jaar uitvoering van het decreet stellen de indieners echter vast dat een aantal van de in het decreet opgenomen beleids- en rapporteringsinstrumenten een te grote administratieve druk leggen op de gemeenten, zonder dat er een eigenlijke meerwaarde werd gecreëerd. Een dergelijke analyse wordt ook bevestigd door de Raad van Cultuur, die in zijn advies over de administratieve last uitdrukkelijk stelde: “Er moet te veel gepland worden op gemeentelijk vlak. Hier is duidelijk nood aan een deregulering.” Het Vlaams regeerakkoord bepaalt ter zake uitdrukkelijk dat taaklast zonder toegevoegde waarde voor de lokale besturen afgeschaft wordt.

Bart Caron (spirit), Steven Vanackere (CD&V), Gracienne Van Nieuwenborgh (sp.a), Kris Van Dijck (N-VA) en Herman Schueremans (VLD) Dienden daarom een voorstel van decreet in om het decreet lokaal cultuurbeleid te wijzigen, met het oog op administratieve vereenvoudiging.
Ze vertrokken daarbij van het feit dat het lokaal cultuurbeleid een gezamenlijke project is van de Vlaamse overheid en het lokale bestuur, gebaseerd op de gelijkwaardigheid van beide partners, elk met een eigen autonome bevoegdheid en verantwoordelijkheid, en gebaseerd op noodzakelijk wederzijds vertrouwen.

De indieners willen een grotere beleidsvrijheid en -verantwoordelijkheid voor de lokale besturen. De belangrijkste wijzigingen en administratieve vereenvoudigingen van het huidige voorstel zijn:
–    Gemeenten maken één geïntegreerd cultuurbeleidsplan, met desgevallend een apart luik voor hun cultuurcentrum en bibliotheek, in aansluiting op de algemene doelstellingen van het cultuurbeleidsplan.
–    De bepaling dat de Vlaamse regering de beleidsplannen formeel moet goedkeuren wordt geschrapt.
–    Er komen nu eenvormige data voor indiening van de bewijsdocumenten.
–    De verplichting van de tussentijdse evaluatie van het cultuurbeleidsplan, het beleidsplan voor het cultuurcentrum en de bibliotheek vallen weg.
–    Het jaarlijks financieel verslag en werkingsverslag worden vervangen door één verantwoordingsnota waarin de besteding van de subsidies wordt beschreven en verantwoord.
–    Gegevensverzamelingen door Vlaamse administratie, steunpunten, onderzoekscentra worden gebundeld tot één keer per jaar, uitzonderingen op die regel zijn echter mogelijk. De Vlaamse administratie krijgt hierbij een regiefunctie.

Dit voorstel is het resultaat van een voortraject waarbij op meerdere momenten overleg werd gepleegd met het kabinet van de minister bevoegd voor Cultuur en de verschillende betrokken actoren uit het veld. Uiteindelijk leidde dit tot het duidelijk aflijnen van de doelstelling van dit voorstel, namelijk uitsluitend het verminderen van de planlast en het realiseren van een administratieve vereenvoudiging. Deze aflijning is ingegeven door de overweging dat de indieners de inhoudelijke evaluatie van het decreet van 13 juli
2001 die voorbereid wordt door Minister Anciaux en die afgerond zal worden in 2006, niet wensen te doorkruisen, noch daar een voorafname op willen doen.

Vlaams Parlement vermindert de planlast in het lokaal jeugdwerkbeleid
Het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid wordt ontegensprekelijk positief geëvalueerd door alle betrokken jeugdactoren. Toch wordt, onder meer door de gemeentebesturen, gewag gemaakt van overdreven procedurele eisen, vormvereisten en planlast.

Voor de beleidsperiode 2005-2007 zijn weer 300 gemeenten met een gemeentelijk jeugdwerkbeleidsplan aan de slag gegaan. In zeven faciliteitengemeenten diende het jeugdwerk zelf een plan in voor 80% van het subsidiebedrag. De Vlaamse Gemeenschapscommissie maakt een legislatuurplan voor de periode 2006-2010.

Het oorspronkelijke decreet van 1993 was het resultaat van een overwogen decentraliseringsproces en -beleid dat de inhoudelijke verantwoordelijkheid voor het lokale jeugd(werk)beleid bij de gemeenten legde. De samenwerking met de andere overheden werd echter even uitdrukkelijk als uitgangspunt ingeschreven: het lokale jeugdbeleid als een gedeelde bezorgdheid van de Vlaamse Regering, de provincies en de gemeenten.
Ondanks de vertrouwdheid met het decreet stellen de indieners vast dat een aantal decretaal opgelegde instrumenten een te grote druk leggen op de gemeenten en andere betrokken besturen. Heel wat bepalingen worden ervaren als een administratieve last zonder toegevoegde waarde op het lokale niveau. Het Regeerakkoord stelt uitdrukkelijk dat taaklast zonder toegevoegde waarde voor de lokale besturen afgeschaft wordt.

Bart Caron (spirit), Sabine Poleyn (CD&V), Else De Wachter (sp.a), Kris Van Dijck (N-VA) en Herman Schueremans (VLD). Dienden daarom een voorstel van decreet in om het decreet lokaal jeugdwerkbeleid te wijzigen, met het oog op administratieve vereenvoudiging.
De voorgestelde vereenvoudigingen zijn:
–    men maakt jaarlijks één nota ter verantwoording van de ‘geoormerkte’ subsidies (in plaats van de jaarlijkse jaarplannen en werkingsverslagen nu, waarin telkens ook uitdrukkelijk een concretisering en inhoudelijke evaluatie van de vooropgestelde acties moet worden opgenomen);
–    de jaarlijkse verantwoordingsnota hoeft niet besproken te worden op de gemeenteraad.
Er werd dus gezocht naar hoe de administratieve verplichtingen vereenvoudigd konden worden, zonder te raken aan het fundament van de communicatieve planning.

De indieners blijven voor het jeugdwerkbeleidsplan ook uitdrukkelijk kiezen voor een planperiode van drie jaar. De reden hiervoor is de eigenheid van de sector. Men stelt namelijk vast dat er tijdens een beleidsperiode van zes jaar op het terrein een nieuwe generatie jonge mensen actief wordt in de verdere ontwikkeling en uitbouw van het lokale jeugdwerk. Als men dus zou kiezen voor een planperiode van zes jaar, dan zou dit tot gevolg hebben dat er tijdens de looptijd van het jeugdwerkbeleidsplan een generatiewissel gebeurt waarbij die nieuwe stuwende generatie niet betrokken is bij het opstellen van het lopende jeugdwerkbeleidsplan, maar wel geconfronteerd wordt met de beleidsgevolgen ervan voor hun activiteiten.
De indieners wensen dat elke nieuwe generatie jongeren (na drie jaar zijn immers minstens twee derde van de jeugdwerkers vervangen) telkens weer het hele planningsproces kan meemaken. Dit maakt hen bewust van de objectieve en subjectieve behoeften op het vlak van jeugdbeleid in de gemeente; laat hen mee zoeken naar mogelijke oplossingen; confronteert hen met budgetten en politieke keuzes, enzovoort.

Ook dit voorstel is het resultaat van een voortraject waarbij op meerdere momenten overleg werd gepleegd met het kabinet van de minister van Jeugd en de verschillende betrokken actoren uit het veld. Uiteindelijk leidde dit tot het duidelijk aflijnen van de doelstelling van dit voorstel,
namelijk uitsluitend het verminderen van de planlast en het realiseren van een administratieve vereenvoudiging. Deze aflijning is ingegeven door de overweging dat de indieners de inhoudelijke evaluatie van het decreet van 13 juli
2001 die voorbereid wordt door Minister Anciaux en die afgerond zal worden in 2006, niet wensen te doorkruisen, noch daar een voorafname op willen doen.
De indieners engageren zich ook ten overstaan van de jeugdsector en de lokale beleidsverantwoordelijken dat ze de omzetting van dit decreet in de concrete uitvoeringsbesluiten in dezelfde geest zullen bewaken.

Ingediend onder in het parlement Reacties uitgeschakeld voor Vermindering van planlast in het lokaal jeugdwerk en cultuurbeleid

boek

Klik hier om het boek te downloaden


'Vanop de Frontlijn, Reflecties op het Vlaamse Cultuurbeleid' - Bart Caron en Guy Redig, Uitgeverij Vrijdag, april 2019




Bart Caron met contrabas (foto: Viviane Decock)

 

Nieuws

Vlaams parlementslid Bart Caron (Groen) stopt met actieve politiek

We moeten af van ‘middeleeuwse’ overdracht van jachtrechten

Alternatieven voor dierproeven

Het ‘kleine’ parlementaire werk. Recente voorbeelden: Geluidshinder kusttram – Hakhoutbeheer – Restauratiepremies Onroerend Erfgoed – Beschermde landschappen

Ketnet wil zender voor allerkleinsten, “Legitieme vraag en begrijpelijke ambitie”

Gereglementeerde boekenprijs unaniem goedgekeurd door Vlaams parlement

Wat liep er fout met de bescherming Villa Slabbinck? (Brugge)

Groen verwelkomt Bellegemse windmolens, maar vraagt ‘windplan’ voor regio Kortrijk

Groen wil geen sloop hoekhuis Kasteelkaai-Belfaststraat.
Hoog tijd voor een Kortrijkse visie op erfgoed!

Woede van boeren terecht, maar alleen ander landbouwmodel geeft boeren een zekere toekomst.

Provinciebestuur W-Vl verliest vele (culturele) instellingen

Bart Caron : “Overdracht cultuurbevoegdheden provincies is een wangedrocht !”

Leve Mest-Vlaanderen

Nog geen bescherming poldergraslanden

Nog redders aan de kust?

Brugge weert plooifiets uit overheidsgebouwen

De Leie of het Kanaal naar Roeselare: Groen wil meer binnenvaart

Kortrijk Airport, milieuvergunning aangepast?

Wanneer faire prijzen voor landbouwproducten?

Kortrijk heeft de bus gemist

Burgerkabinet ontslaat Gatz niet van plicht om al bestaande inspraak te versterken

Steeds meer monumenten wachten op broodnodig onderhoud. Ondertussen verkrotten ze

Freya Piryns voorgedragen als vertegenwoordiger in de Raad van Bestuur van de VRT

Regering krimpt beloofde natuurgebieden langs de Leie sterk in

Bruggen in Kortrijk, werkende verlichting op de fietspaden is een brug te ver…

LAR-zuid, woordbreuk van de stadscoalitie

Informatie, diverse sporten en cultuur moeten prioriteit VRT blijven

‘Gemeenteraad is wachtzaal voor wie schepenambt wil’

Persmededeling: Groen maakt werk van versterking West-Vlaamse open ruimte.

Persbericht: 5 Groene werven voor een impuls in West-Vlaanderen.