Ja, de sperperiode is nog zinvol

Ingediend op maart 23rd, 2014 door bartcaron

Vandaag in De Zevende Dag debatteerde ik met collega Bart Tommelein over de sperperiode bij verkiezingen. Even de regels herhalen. De uitgaven voor verkiezingspropaganda mogen maximumbedragen niet overschrijden in de sperperiode. Die start drie maanden voor de verkiezingen. Je mag dan geen geschenken of gadgets uitdelen, geen commerciële telefooncampagnes voeren, geen reclamespots op radio, televisie of in de bioscoop uitzenden, geen gebruik maken van commerciële reclameborden of affiches, en zeker al niet groter dan 4 m². De overheidscommunicatie moet dan ook ‘gedepersonaliseerd’ zijn. In de communicatie mag de functie van een minister vermeld zijn, maar niet zijn naam, handtekening of afbeelding. De overheid moet ook terughoudend zijn bij het voeren van een campagne tijdens de sperperiode.

Moeten we die regels afschaffen? We schaffen overbodige regels met plezier af. Maar elementaire zaken zoals verkiezingsuitgaven en de wijze waarop je campagne voert, moet je toch eerlijk regelen. Campagnes worden grotendeels betaald met belastinggeld, uit de kas van de partijfinanciering. Straks wordt niet minder dan 20 à 25 miljoen uitgegeven. Genoeg toch?

Wie pleit voor de afschaffing van de sperperiode, weet dat je geen maximum voor uitgaven meer vastleggen. Is dat de echte agenda van sommigen?

Als je alle regels afschaft, dan is het hek van de dam. Dan wordt bijv. politiek dienstbetoon geactiveerd. Een minister kan kort voor verkiezingen brieven rondsturen bij de toekenning van subsidies of vergunningen. Je laat het uitdelen van gadgets weer toe, commerciële telefooncampagnes, reclamespots op radio, televisie, commerciële reclameborden of affiches. Willen we reclamefilmpjes van toppolitici in de reclameblokken van VTM of Vier? Die zijn peperduur trouwens.

Het vervolg laat zich raden. Je krijgt gegarandeerd de vraag om het plafond van de uitgaven los te laten. Dan krijgen we Amerikaanse toestanden, waar een groot deel van de parlementsleden miljonairs zijn die gesponsord werden door multinationals, veel geld hadden voor reclame, maar de problemen van de gewone mensen niet kennen. We willen niet terug naar ‘voor wat hoort wat’ als sponsoring door bedrijven niet beperkt wordt. Waar ligt dan nog het onderscheid tussen een kandidaat en een gezagsdrager/mandataris?

De sperperiode moet langer ipv korter worden. Vandaag wordt in de weken voor de sperperiode al heel veel geld uitgegeven. Kijk naar de peperdure filmpjes van N-VA op you tube, de reclame op facebook. Dat kunnen we uitsluiten door de sperperiode op 6 maanden te brengen.

Laat ons enkele principes bewaken. Kandidaten moeten zo veel mogelijk over dezelfde communicatiekracht kunnen beschikken, dat hoort bij de democratie. Daarom moeten we de hygiëne van de campagne bewaken. Een verkiezingscampagne moet gaan over inhoud. Er moet sereen gedebatteerd worden over de belangrijke maatschappelijke keuzes, over hoe we een socialer en groener beleid kunnen voeren. Dan kunnen de mensen zelf kiezen aan welke partij ze hun stem geven.

Daarom zijn de huidige beperkingen een goede zaak.