bartcaron.be

Kunstensubsidies Gatz: eerste keer proeven van de pudding

Ingediend op januari 16th, 2016 door bartcaron

The proof of the pudding (is in the eating). Sven Gatz heeft projectsubsidies en beurzen verdeeld. Ik heb de indruk dat hij dat correct en eerlijk heeft gedaan. Als voorproefje op de verdeling van de meerjarige subsidies (in juni dit jaar) is dit hoopvol en toont hij zich betrouwbaar. Een goed signaal. Maar het nieuwe systeem maakt een ander en veel groter probleem zichtbaar: de projectsubsidies zijn ruim onvoldoende om de nodige vernieuwing in de kunstensector te realiseren. Jonge makers blijven in de kou staan. Als de verhouding tussen meerjarige en projectsubsidies niet drastisch wijzigt, dan zijn we op weg naar een zeer behoudsgezinde kunstensector.

De oorzaak ligt bij de vorige minister van Cultuur, de bosspecialiste Joke Schauvliege, oh ironie. Ze kreeg geen schoonheidsprijzen voor haar cultuurbeleid. Eén van haar grote doelstellingen was het herstel van de projectenpot in de kunsten. Ze zou die (terug) op 10% van het totale budget brengen. En dat deed ze ook. Maar het evenwicht was nog maar pas hersteld, of ze verstoorde het alweer. Op het eind van haar cultuurministerschap deed ze de vreemde move: ze haalde meer dan 2,3 miljoen euro uit de projectenpot en hevelde dat geld over naar de meerjarige subsidies. Omdat ze geen extra-middelen bemachtigde en de centen uit haar eigen budget moest puren. Daarmee pleegde ze dus woordbreuk.

Armtierige projectenpot
Die projectenpot is nodig om de noodzakelijke en permanente vernieuwing van de kunstpraktijk mogelijk te maken. Van de zowat 100 miljoen die voor kunsten op de Vlaamse begroting staat is 10 miljoen euro voor projecten en 90 voor meerjarige subsidies een min of meer correcte balans. Iets gelijkaardig zegt minister Gatz in zijn beleidsnota: “Om de noodzakelijke vernieuwing en instroom in het veld te garanderen, moet er ook in deze legislatuur voldoende worden ingezet op projectondersteuning.”
Maar o wee, er zit in 2016 in die armtierige projectenpot geen 10 miljoen euro maar 5,9 miljoen. Te verdelen over drie rondes in 2016, waarvan 2,4 miljoen euro voor periode één.

Daarnaast, de methode die Sven Gatz hanteert, is nieuw. Omdat er al altijd meer subsidies gevraagd worden dan er in de pot zitten, is er een nieuw systeem ontwikkeld om de dossiers onderling af te wegen en op een min of meer objectieve wijze te rangschikken. Dat is niet eenvoudig, het gaat hier immers niet over vierkante meter voetpaden, maar om (inter)subjectieve oordelen. Die methode staat in het draaiboek ‘Kwaliteitsbeoordeling voor het Kunstendecreet’, waarin alle initiatieven voor zowel het artistieke als het zakelijke luik een beoordeling krijgen binnen vijf categorieën: zeer goed, goed, voldoende, nipt onvoldoende en volstrekt onvoldoende. Finaal worden ze dan samengebracht in één rangschikking.

Slechts 20% krijgt subsidie
Nu naar de praktijk. Voor ronde 1 van de beurzen en projectsubsidies werden er 348 aanvragen ingediend. Deze vroegen amen voor 15,4 miljoen euro aan ondersteuning, bijna het zevenvoudige van de toegekende 2,27 miljoen. Zucht. Daar zit echt de kern van het probleem: de projectenpot is veel te klein. Concreet betekent dat:
Van de 171 aanvragen voor projecten van organisaties worden er 31 gehonoreerd; dat is 18%.
Van de 66 aanvragen voor projecten van kunstenaars zullen er 11 subsidies krijgen; 17%.
Van de 86 aanvragen voor kortlopende beurzen worden er 20 toegekend; 23%.
Van de 25 aanvragen voor meerjarige beurzen vallen er 12 in de prijzen; 48%.

Laat ons dat wat van dichterbij bekijken. Hoe heeft Sven Gatz dan gedaan? Vooreerst, hij heeft de nieuwe methode gebezigd, correct me dunkt. Dan, alle beurzen voor individuele kunstenaars met de beoordeling(en) ‘zeer goed’ en ‘goed’ ontvangen een subsidie, en alle projecten met de beoordeling(en) ‘zeer goed’ (artistiek) en ‘zeer goed’ (zakelijk) ontvangen een subsidie waarvan het bedrag overeenkomt met het laagst geadviseerde bedrag. Niet luxueus, dat laagste bedrag, maar goed.
Dat klinkt oké, maar is het dat wel? Het betekent dat alle projecten die bijv. artistiek een ‘zeer goed’ kregen maar zakelijk een ‘goed’, of omgekeerd, uit de boot vallen. Dat is niet eens streng, maar superstreng. Alleen de absolute toplaag komt nog in aanmerking. Is die te onderscheiden? Het gaat vooral om jonge kunstenaars, nieuw talent, experiment en vernieuwing… Om kansen krijgen om jezelf te bewijzen. En liefst niet meteen ontmoedigd worden.
Daarna heeft de minister de uitkomst nog gecorrigeerd: omwille van de nood aan een divers landschap heeft minister Gatz besloten om binnen de disciplines ‘architectuur en vormgeving’, ‘audiovisuele en beeldende kunst’, ‘muziek’ en ‘transdisciplinair’ ook de projecten met de beoordeling ‘zeer goed’ (artistiek) en ‘goed’ (zakelijk) te honoreren. Zo begrijp ik dat althans. Hierdoor wil de minister de middelen in een gelijkere mate verdelen over de verschillende disciplines. Zo duidelijk is dat niet, maar het was wellicht de bedoeling om het overwicht van de podiumkunsten (theater, dans…) in de aanvragen bij te stellen. De minister is derhalve strenger met deze discipline(s) omgegaan.

Is de nieuwe methode bruikbaar? Wellicht wel. Misschien moet ze tussentijds geëvalueerd worden? Ze komt in ieder geval onder sterke druk als de pot zo klein is. De pot voor beurzen en projecten moet echt beter gevoed worden. Het is niet oké als slechts 18% van de aanvragers voor projecten subsidie krijgen. Dat wijst op een chronisch gebrek aan middelen. Kortom, er ligt veel werk op de plank.

Ingediend onder mijn gedacht 4 reacties

4 reacties op “Kunstensubsidies Gatz: eerste keer proeven van de pudding

  1. Inge Hermans schreef:

    er valt wel weinig of niets te eten…triest…

  2. Walter Verdin schreef:

    Dag Bart,

    Je maakt een foutje bij de percentages: 11 op 66 is geen 24% maar (afgerond) 17%. Het percentage bij projecten van kunstenaars ligt dus (iets) lager dan bij die van organisaties.

    En als je de beurzen erbij neemt, dan krijgen de kunstenaars nog niet de helft van de organisaties terwijl er bijna 40% meer kunstenaarsdossiers zijn goedgekeurd. En ik heb zo een vermoeden dat de minister met zijn methode zelfs een correctie in de goede zin heeft gemaakt, ik bedoel: om de individuele kunstenaar meer op de kaart te zetten.

    Groeten,
    Walter

  3. bartcaron schreef:

    Reactie van Theo Van Rompay op mijn facebook-pagina:
    Helder verslag, Bart. Maar je gaat wel nogal gemakkelijk voorbij aan enkele aberraties van de nieuwe beoordelingsmethodiek. Zoals je schrijft wordt er nu blijkbaar een ranking opgemaakt van alle indieners, waarbij een kwalitatieve beoordeling samengevat wordt in 5 semi-kwantitatieve stappen (van ‘zeer goed’ tot ‘volstrekt onvoldoende’) voor zowel artistiek als zakelijk beleid. Beide artistieke en zakelijke kwantitatieve conclusies worden samengevoegd en dat leidt dan tot een ranking over alle soorten disciplines, functies en werkvormen heen. Correct dat dit het scenario is? Enkele opmerkingen dan.
    (1) Is er enige consensus over de betekenis van bepaalde criteria over diverse disciplines? Om het simpel te zeggen: is ‘vernieuwing’ hetzelfde in theater als in muziek? En als de vernieuwing al veel verder staat in bv het theater, wordt dan zo’n gezelschap dat conform aan die geavanceerde theaterpraktijk opereert niet gediscrimineerd tegenover een achterblijver in de muziekwereld? Want voor die laatste is het wel heel gemakkelijk om een ‘vernieuwend’ dossier in te dienen. Overigens ligt de vernieuwingslat in zo’n commissie muziek waarschijnlijk ook veel lager dan in een theatercommissie. Enfin, we kunnen zo nog even doorgaan. En ‘theater’ en ‘muziek’ zijn hier inwisselbaar, of vervangbaar door ‘nieuwe media’ of ‘dans’, enz. Wat ik bedoel: het klinkt mooi, dat verhaal van de ranking, maar waar steunt het op? Als je het argument van de kwalitatieve beoordeling niet transversaal in rekening brengt (dus meeneemt naar het niveau waar al die beoordelingen van al die commissies samenkomen), dan eindig je bij zo’n lukrake ‘ranking’ – helemaal ontdaan van de specificiteit van een bepaald segment van de kunstpraktijk.

    (2) Blijkbaar is de minister het eens met mij. Want hij zondigt zelf tegen zijn neutrale en geabstraheerde beoordelingspolitiek. Hoe anders te verklaren dat hij bepaalde sectoren (bv beeldende kunst en muziek) bevooroordeelt tegenover andere sectoren (bv podiumkunsten)? Vanuit dat nooit-gedefinieerde maar altijd aanwezige argument van de ‘achterstelling’. In mijn 7 jaren Adviescommissie Kunsten heb ik dat spook vaak zien opduiken. De achterstelling van de beeldende kunst bv. Maar nooit, niet één keer, heb ik één poging kunnen lezen hoe die achterstelling dan zou moeten gedefinieerd worden, of waar dat ze dat juist zit. Waarmee ik niet zeg dat er geen verschillend zijn tussen de verschillende disciplines. Integendeel. Die zijn enorm. Het is alleen de ellende van dit Kunstendecreet dat doet alsof er geen verschillen zijn, maar dan toch anders beoordeelt omdat er blijkbaar verschillen zijn… Overigens wil ik graag van de minister oren waarom hij ‘muziek’ positief discrimineert tov ‘dans’. Ik ben echt zeer benieuwd naar dat argument (cynisch lachje). Ken jij het?

    (3) Last but not least. Het zakelijke advies krijgt tegenwoordig hetzelfde gewicht als het artistieke advies. Dat is toch van de pot gerukt? Wat een onzin is dat nu? Voor zakelijk advies geldt alleen: is het zakelijk beleid voldoende of onvoldoende. Als het onvoldoende is, dan is er geen geld voor het project (of voor de structuur). Zo simpel is dat vandaag. (Maar bleek het niet te zijn voor de vorige ministers). Als het zakelijk beleid wél voldoende is, dan is daarmee de kous af en komt het project/de structuur in aanmerking voor subsidie. Met andere woorden: een deugdelijk zakelijk beleid is (terecht!) een voorwaarde voor subsidiëring, maar het is geen kwaliteitsargument van een ingediend dossier. Het is echt vreselijk dat artistiek zeer goede projecten nu sneuvelen omdat hun zakelijk beleid –niet vaak als gevolg van hun onervarenheid– nog niet helemaal op punt staat en nog niet perfect is, maar wel ‘voldoende. In plaats van punten te geven als zeer goed/goed/voldoende zou de administratie zich beter bezig houden . zich beter bezig houden met het begeleiden van die jonge zakelijke leiders. Enfin, ik stop hier beter of ik word écht te boos.

    1. Walter Verdin schreef:

      Ik ben het helemaal eens met Theo betreffende (3). De andere punten zijn complexer vrees ik.

Reacties zijn gesloten.


boek

Klik hier om het boek te downloaden


'Vanop de Frontlijn, Reflecties op het Vlaamse Cultuurbeleid' - Bart Caron en Guy Redig, Uitgeverij Vrijdag, april 2019




Bart Caron met contrabas (foto: Viviane Decock)

 

Nieuws

Vlaams parlementslid Bart Caron (Groen) stopt met actieve politiek

We moeten af van ‘middeleeuwse’ overdracht van jachtrechten

Alternatieven voor dierproeven

Het ‘kleine’ parlementaire werk. Recente voorbeelden: Geluidshinder kusttram – Hakhoutbeheer – Restauratiepremies Onroerend Erfgoed – Beschermde landschappen

Ketnet wil zender voor allerkleinsten, “Legitieme vraag en begrijpelijke ambitie”

Gereglementeerde boekenprijs unaniem goedgekeurd door Vlaams parlement

Wat liep er fout met de bescherming Villa Slabbinck? (Brugge)

Groen verwelkomt Bellegemse windmolens, maar vraagt ‘windplan’ voor regio Kortrijk

Groen wil geen sloop hoekhuis Kasteelkaai-Belfaststraat.
Hoog tijd voor een Kortrijkse visie op erfgoed!

Woede van boeren terecht, maar alleen ander landbouwmodel geeft boeren een zekere toekomst.

Provinciebestuur W-Vl verliest vele (culturele) instellingen

Bart Caron : “Overdracht cultuurbevoegdheden provincies is een wangedrocht !”

Leve Mest-Vlaanderen

Nog geen bescherming poldergraslanden

Nog redders aan de kust?

Brugge weert plooifiets uit overheidsgebouwen

De Leie of het Kanaal naar Roeselare: Groen wil meer binnenvaart

Kortrijk Airport, milieuvergunning aangepast?

Wanneer faire prijzen voor landbouwproducten?

Kortrijk heeft de bus gemist

Burgerkabinet ontslaat Gatz niet van plicht om al bestaande inspraak te versterken

Steeds meer monumenten wachten op broodnodig onderhoud. Ondertussen verkrotten ze

Freya Piryns voorgedragen als vertegenwoordiger in de Raad van Bestuur van de VRT

Regering krimpt beloofde natuurgebieden langs de Leie sterk in

Bruggen in Kortrijk, werkende verlichting op de fietspaden is een brug te ver…

LAR-zuid, woordbreuk van de stadscoalitie

Informatie, diverse sporten en cultuur moeten prioriteit VRT blijven

‘Gemeenteraad is wachtzaal voor wie schepenambt wil’

Persmededeling: Groen maakt werk van versterking West-Vlaamse open ruimte.

Persbericht: 5 Groene werven voor een impuls in West-Vlaanderen.