bartcaron.be

Groen! gaat voor meer windmolens in West-Vlaanderen

Ingediend op januari 1st, 2010 door bartcaron

DE AMBITIE
‘de doelstelling voor windenergie vandaag terugschroeven, is net zoiets als de paus die in Afrika een verbod van condoomgebruik gaat verkondigen’

West-Vlaanderen moet de ambitie hebben om een belangrijke rol te spelen op vlak van windenergie. Eenvoudigweg omdat we de provincie zijn met het grootste windaanbod, zoals blijkt uit de windkaart van Vlaanderen (zie bijlage). In onze provincie zijn windenergieprojecten het meest rendabel.

De partijen die de meerderheid in het provinciebestuur uitmaken, CD&V en sp.a, hebben blijkbaar een andere mening. In de recent uitgebrachte visie ‘Ruimte voor windturbineprojecten in West-Vlaanderen’ (goedgekeurd door de deputatie 19/11/09) wordt de doelstelling voor West-Vlaanderen teruggeschroefd van 30 naar 25%. Onbegrijpelijk op een moment dat de klimaatopwarming en alle problemen die daarmee gepaard gaan zowel hier als in armere landen in het zuiden steeds meer op het terrein zichtbaar wordt. Voor Groen! zou eerder de omgekeerde beweging moeten gemaakt worden: van 30 naar 35%. De provincie is hierbij bovendien niet consequent. Ze pleit in de visie (terecht) om windmolens in te planten op de plaatsen waar dat meest rendabel is, maar volgt in haar doelstelling dit principe niet.

Ambitie is er bij de traditionele partijen vandaag niet, maar is er ook nooit geweest. Wat vele schepencolleges vandaag een ‘wildgroei’ aan windmolenprojecten noemen, hebben ze zelf veroorzaakt. Toen in 2002 de toenmalige energieintercommunale WVEM een (slecht uitgewerkt) voorstel lanceerde met inplanting van windmolens langsheen de E403, trokken zowat alle betrokken gemeentebesturen aan de alarmbel. Ze vonden dat dit niet zomaar kon, dat de gemeentebesturen zelf inplantingsplaatsen voor windmolens zouden moeten aanduiden in plaats van afhankelijk te zijn van voorstellen van energiebedrijven. Maar toen het voorstel ingetrokken werd, was er geen enkele gemeente die dit ook in de praktijk bracht. In Oost-Vlaanderen daarentegen, bewees de stad Eeklo dat dit wel kan.

Niemand kan bedrijven kwalijk nemen dat ze mogelijkheden zoeken voor de inplanting van windmolens. Zo helpen ze om de Vlaamse doelstellingen op vlak van groene stroom te realiseren, gebruik makend van de stimulerende maatregelen die daarvoor uitgewerkt werden (vooral via de groenestroomcertificaten). Mochten de gemeentebesturen en het provinciebestuur toen wel proactief gewerkt hebben aan het plannen van sites waar windmolenprojecten konden gerealiseerd worden in plaats van passief af te wachten, hoefde dit op vandaag geen probleem te zijn. Groen! is dan ook van mening dat lokale besturen die spreken van een ‘wildgroei’ aan windmolenprojecten dit aan hun eigen passieve houding te danken hebben.

DE LOCATIES
‘er is geen gebrek aan geschikte locaties, wel aan politieke wil/moed’

Het knelpunt voor meer groene stroom uit windenergie is vandaag vooral het vinden van voldoende geschikte inplantingsplaatsen. Het moeilijk verkrijgen van de nodige vergunningen en de tegenstand van lokale actiecomités zijn daarvoor de belangrijkste oorzaken.

De provincie is dan ook terecht op zoek naar concrete inplantingsplaatsen, maar is volgens Groen! veel te weinig ambitieus. Voor Groen! moet het meer zijn, en we schuiven zelf een aantal opties naar voor.

Bestaande locaties maximaal benutten
De plaatsen waar momenteel al windmolens staan, moeten maximaal benut worden.

In de visie van de provincie zijn een aantal dergelijke locaties opgenomen, zoals de haven van Zeebrugge met het Boudewijnkanaal (Brugge Noord), waar Groen! voldoende mogelijkheden ziet om enkele tientallen extra molens in te planten, en langs het kanaal Roeselare-Leie, in het verlengde van de huidige molens in Kachtem (alleen beter ingeplant, verder van de dorpskern).

Maar Groen! ziet meer kansen . De concrete voorstellen, van noord naar zuid:

  * De solitaire windmolen in Zedelgem moet gezelschap krijgen van twee extra exemplaren, zoals oorspronkelijk de bedoeling was. De ruimte hiervoor, in een industriële omgeving, is aanwezig. De inplanting van een eenzame (of solitaire, in het vakjargon) windmolen is trouwens iets dat door het beleid afgeraden wordt.
  * Ook in Nieuwkapelle bij het project van Beauvent is een uitbreiding van het aantal molens wenselijk
  * In Oekene kan de huidige rij nog verlengd worden, en stellen we voor om ook molens in te planten aan de overzijde van de autostrade
  * Ook in Kortrijk ter hoogte van Evolis kan een inplanting aan de overzijde van de autostrade bekeken worden

Grote infrastructuren als kapstok gebruiken voor een verstandige inplanting van windmolens
De huidige windsites uitbreiden volstaat niet. Groen! pleit ervoor nieuwe inplantingsplaatsen te selecteren, geïntegreerd in het landschap en zonder burenhinder. De mogelijkheden hiertoe liggen ruim voorhanden, ook in onze provincie. De bestaande grootschalige infrastructuren die het actuele landschap vorm geven, zoals autosnelwegen en industriezones, moeten zoveel mogelijk benut worden voor het inplanten van windmolens.

De visie van de provincie voorziet op inplantingslocaties gekoppeld aan (al dan niet toekomstige) infrastructuren: langs de E40 in Veurne en Nieuwpoort, langs de E17 in Waregem en Menen, het verkeersknooppunt E40-E403 in Jabbeke, bij industriezones in Tielt, Roeselare-Beveren, Kortemark, Torhout, Menen West en Poperinge.

De zwakte van de visie van de provincie is dat projecten die niet op de opgesomde locaties gelegen zijn, negatief beoordeeld zouden worden. Het aantal zones is echter veel te beperkt om een snelle evolutie van windenergie te kunnen realiseren. Ook al omdat heel wat locaties gekoppeld zijn aan nog te ontwikkelen industriezones. Zo worden windmolens als ‘glijmiddel’ gebruikt om controversiële nieuwe inpalming van open ruimte een groen tintje te geven. Bovendien betekent dat dat de realisatie nog een hele tijd op zich zal laten wachten, gezien dit gekoppeld is aan de realisatie van de nieuwe bestemming. Zo is de planning voor de windmolens op Evolis gestart in 2003, voor de realisatie is dus 6 jaar nodig geweest. Groen! ziet geen reden om projecten die voldoen aan de richtlijnen uit de omzendbrief van de Vlaamse Overheid tegen te houden, ook al komen ze niet voor op het lijstje van de provincie.

We stellen alvast de volgende bijkomende opties voor:

  * In het noorden van de provincie willen we ook de haven van Oostende en Plassendale benutten voor inplanting van een groot aantal windmolens.
  * Ook in de Westhoek biedt de A19 mogelijkheden om windmolens in te planten. De visie van de provincie maakt bijvoorbeeld het project in Zonnebeke dat in de pijplijn zit onmogelijk. Nochtans voldoet deze locatie aan alle afstandsnormen, is het gelegen vlakbij de A19 en bij een grootschalig bedrijf, en voorkomt dat deze site nog gebruikt wordt als stortplaats, een bestemming waar lang tegen gestreden werd vanuit de buurt.
  * De zoekzone rond Staden uit de provinciale beleidsvisie van 2008, waar het de bedoeling was om windmolens te koppelen aan de grote diepvriesbedrijven in de omgeving, is uit de concrete voorstellen verdwenen. Nochtans bieden dergelijke locaties zeker interessante combinatiemogelijkheden.
  * Het afschaffen van het economisch nutteloze vliegveld van Wevelgem zou mogelijkheden bieden om op de luchthaventerreinen windmolens in te planten, maar zou ook de obstakels wegnemen voor het inplanten van windmolens langs de autosnelwegen in de omgeving, zoals langs de E403 ter hoogte van de industriezone Gullegem-Moorsele
  * Het voorstel om op de Bekaert-site in Zwevegem windmolens in te planten, is zeker waardevol.

Voor Groen! moet ook dringend werk gemaakt worden van de realisatie op locaties waar snel kan gestart worden: zo biedt de visie van de provincie de mogelijkheid om windmolens in te planten op de LAR-noord, zodat niet hoeft gewacht te worden om de juridische strijd rond LAR zuid. Ook in Waregem kunnen 4 windmolens ingeplant worden (2 aan elke kant van de E17) zonder te wachten op de eventuele (en ongewenste) nieuwe bestemming van het gebied Blauwpoort.

Landschapsopbouw
Een aantal projecten, vooral in de Westhoek, betekenen een inplanting in het open landschap. Windmolens kunnen inderdaad een landschapsopbouwend element vormen, zoals je in heuvelachtige streken in Frankrijk dikwijls ziet: de windmolens volgen de lijn van een heuvelkam. Bovendien is de zichtbaarheid van windmolens in het landschap, zeker van op grotere afstanden, belangrijker dan de zichtbaarheid van de begeleidende infrastructuur (de autosnelweg, het industrieterrein, het kanaal,…) Groen! vindt daarom dat windmolens niet noodzakelijk aan een dergelijke infrastructuur moeten gekoppeld worden, maar dat erbuiten ook nog veel mogelijkheden bestaan. Groen! is niet bang van nieuwe elementen met een ecologische meerwaarde in een landschap. Het landschap van vandaag is anders dan dat van 50 jaar geleden, en zal ook anders zijn dan het landschap van binnen 50 jaar. Belangrijk is dat de inplanting harmonieus gebeurt, met respect voor het landschap en zijn gebruikers, en waarom niet net als andere grotere structuren met begeleidende landschapsopbouwende maatregelen.

Ruimtelijke planners zijn bang voor ‘visuele interferentie’, het storend effect indien verschillende windsites in één blik kunnen gevangen worden. Groen! wil dit eenvoudig oplossen met opgaand groen tussen beide.

Heel concreet mogen bvb. de windmolens van Evolis in Kortrijk geen reden zijn om een inplanting op de Bekaert-site in Zwevegem te belemmeren om visuele redenen.

Groen! wil wel de meest kwetsbare landschappen in onze provincie ontzien (bijvoorbeeld rond Damme, het interfluvium Schelde-Leie,…), maar inplanting van windmolens in de open ruimte mag niet uitgesloten zijn. Als concreet project stellen we de kam tussen Mesen en Wijtschate voor. Ook de afbouw van de militaire basis in Lombardsijde biedt wellicht mogelijkheden.

DE WINSTEN
‘Winstmolens, ook voor de omwonenden?’

De interesse van de energiesector en grote energieverbruikers voor windenergie komt uiteraard niet vanzelf. Windenergieprojecten zijn door de ondersteuning via groenestroomcertificaten en de steeds grotere rendabiliteit van de moderne windturbines financieel zeer interessant. Er worden dan ook grote bedragen betaald aan grondeigenaars die een geschikte inplantingslocatie ter beschikking stellen.

En dat zorgt voor de nodige problemen. Landbouwers worden tegen elkaar opgezet of er rijzen discussies over de exacte inplantingsplaats. De enkele vierkante meters plaats die een windmolen inneemt, brengen immers een veelvoud op van de landbouwactiviteiten errond. Inplantingsplaatsen worden ingepalmd door de meestbiedende, wat ervoor zorgt dat kleinere windenergiebedrijven, vaak coöperatieve initiatieven, overtroefd worden door de kapitaalkrachtige groepen en daardoor nog weinig aan bod komen. Dit is ook de reden dat gemeentebesturen zelf het roer in handen willen houden. Een windmolen op gemeentelijke grond brengt immers zonder veel moeite een aardige cent op (en als dat niet helpt, dan kan altijd een belasting uitgevonden worden). Of dat streekintercommunales die ruimtelijke plannen maken graag windenergieprojecten koppelen aan al dan niet nog te ontwikkelen industriezones. Dat zijn immers twee financieel interessante vliegen in één klap. Dat men dan tegelijkertijd rechter en partij is, speelt blijkbaar minder een rol.

Groen! vindt het belangrijk dat de huidige gunstige trend voor windenergie niet afgeremd wordt. Maar om het maatschappelijk draagvlak voor windenergie te behouden en te versterken, is het belangrijk dat de omwonenden mee betrokken worden in windenergieprojecten. Zo kunnen ze medestander in plaats van tegenstander worden. Een coöperatieve vennootschap biedt hiervoor een goed model. De molens in Nieuwkapelle, een realisatie van Beauvent cvba, is daarvan een voorbeeld. Omwonenden kunnen participeren in het project en profiteren van een deel van de inkomsten ervan. Ook de stad Eeklo toont hier een interessant voorbeeld. De buurtbewoners ondervinden de mogelijke impact van de windmolens, maar delen ook in de voordelen ervan. Dit verhoogt sterk het draagvlak voor de inplanting van windmolens, wat de realisatie van projecten zeker ten goede komt. Groen! wil dan ook zoveel mogelijk windenergieprojecten gerealiseerd zien in een dergelijk coöperatief model. Ook grote groepen, die niet gewoon zijn aan een dergelijke manier van werken, kunnen gelijkaardige systemen opzetten. Het zal de windenergiesector in zijn geheel ten goede komen.

TENSLOTTE
Willen we op een gezonde, veilige en duurzame manier de energievoorziening in de nabije toekomst veilig stellen, dan is naast het schrappen van onnodige energieverspilling ook het aanboren van nieuwe energiebronnen noodzakelijk. En we hebben daarbij niet de luxe om te kiezen voor de duurzame energiebron van onze voorkeur. We moeten zo doelmatig mogelijk de natuurlijke energie waar we over beschikken benutten. Dus niet zonne-energie of windenergie, maar én zonne-energie, én windenergie, én biogas uit mest (naast de meest winderige provincie is West Vlaanderen ook de provincie met het meeste mest) én wind op land én wind op zee én grootschalige initiatieven én kleinschalige initiatieven.

Geen blinde groei, daar zijn we geen voorstander van, ook niet op vlak van duurzame energie. Maar in respect voor mens, landschap en milieu wil Groen! veel meer ambitie zien dan de provincie nu aandurft.

Marc Vanpaemel, provincieraadslid
Bart Caron, Vlaams parlementslid
Mike Van Acoleyen, provinciaal voorzitter
Maarten Tavernier, 0478/94.96.53

Ingediend onder kortrijk en regio Reacties uitgeschakeld voor Groen! gaat voor meer windmolens in West-Vlaanderen

boek

Klik hier om het boek te downloaden


'Vanop de Frontlijn, Reflecties op het Vlaamse Cultuurbeleid' - Bart Caron en Guy Redig, Uitgeverij Vrijdag, april 2019




Bart Caron met contrabas (foto: Viviane Decock)

 

Nieuws

Vlaams parlementslid Bart Caron (Groen) stopt met actieve politiek

We moeten af van ‘middeleeuwse’ overdracht van jachtrechten

Alternatieven voor dierproeven

Het ‘kleine’ parlementaire werk. Recente voorbeelden: Geluidshinder kusttram – Hakhoutbeheer – Restauratiepremies Onroerend Erfgoed – Beschermde landschappen

Ketnet wil zender voor allerkleinsten, “Legitieme vraag en begrijpelijke ambitie”

Gereglementeerde boekenprijs unaniem goedgekeurd door Vlaams parlement

Wat liep er fout met de bescherming Villa Slabbinck? (Brugge)

Groen verwelkomt Bellegemse windmolens, maar vraagt ‘windplan’ voor regio Kortrijk

Groen wil geen sloop hoekhuis Kasteelkaai-Belfaststraat.
Hoog tijd voor een Kortrijkse visie op erfgoed!

Woede van boeren terecht, maar alleen ander landbouwmodel geeft boeren een zekere toekomst.

Provinciebestuur W-Vl verliest vele (culturele) instellingen

Bart Caron : “Overdracht cultuurbevoegdheden provincies is een wangedrocht !”

Leve Mest-Vlaanderen

Nog geen bescherming poldergraslanden

Nog redders aan de kust?

Brugge weert plooifiets uit overheidsgebouwen

De Leie of het Kanaal naar Roeselare: Groen wil meer binnenvaart

Kortrijk Airport, milieuvergunning aangepast?

Wanneer faire prijzen voor landbouwproducten?

Kortrijk heeft de bus gemist

Burgerkabinet ontslaat Gatz niet van plicht om al bestaande inspraak te versterken

Steeds meer monumenten wachten op broodnodig onderhoud. Ondertussen verkrotten ze

Freya Piryns voorgedragen als vertegenwoordiger in de Raad van Bestuur van de VRT

Regering krimpt beloofde natuurgebieden langs de Leie sterk in

Bruggen in Kortrijk, werkende verlichting op de fietspaden is een brug te ver…

LAR-zuid, woordbreuk van de stadscoalitie

Informatie, diverse sporten en cultuur moeten prioriteit VRT blijven

‘Gemeenteraad is wachtzaal voor wie schepenambt wil’

Persmededeling: Groen maakt werk van versterking West-Vlaamse open ruimte.

Persbericht: 5 Groene werven voor een impuls in West-Vlaanderen.