bartcaron.be

Vraag om uitleg over de publiekrechtelijke archieven

Ingediend op februari 17th, 2009 door bartcaron

Vraag om uitleg van de heer Dany Vandenbossche tot de heer Kris Peeters, minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media, Toerisme, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, over een Vlaams publiekrechtelijk-archiefdecreet

Vraag om uitleg van de heer Bart Caron tot de heer Kris Peeters, minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media, Toerisme, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, over de publiekrechtelijke archieven

De voorzitter: De heer Vandenbossche heeft het woord.

De heer Dany Vandenbossche: Mijnheer de minister, mijnheer de voorzitter, geachte collega´s, op 27 maart 2007 stelde ik de toenmalige Vlaamse minister van Bestuurszaken, de heer Geert Bourgeois, een vraag om uitleg over de noodzaak van een publiekrechtelijk-archiefbeleid in Vlaanderen.

Ik begon met hem eraan te herinneren dat het om een dossier ging dat al vele jaren meegaat. Ik heb in deze commissie diverse initiatieven genomen, samen met onze betreurde collega Chris Vandenbroeke. Jammer genoeg is alles wat ik toen stelde, nog maar eens twee jaar later, nog steeds zeer actueel. We zijn nog altijd niet veel verder geraakt. Ik zal straks dieper ingaan op de huidige evolutie op het federale niveau. In de Senaat is ondertussen, net als twee jaar geleden, een wetsvoorstel ingediend dat de achterhaalde aspecten van de Archiefwet van 1955 zou oplossen, maar dat ook, nog steeds bij gebrek aan een publiekrechtelijk-archiefdecreet in Vlaanderen, de facto betekent dat de gewesten en gemeenschappen op een achterhaalde manier onder de federale Archiefwet zouden ressorteren.

Uw voorganger en ik waren het erover eens – en dat gebeurde niet zo vaak – dat Vlaanderen hier zijn verantwoordelijkheid zou nemen en dat men werk zou maken van dat archiefdecreet. Er leek zowaar schot in de zaak te komen, toen er een studieopdracht kwam vanuit de IVA Kunsten en Erfgoed voor een proeve van Vlaams Archiefdecreet bij de Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek-, Archief- en Documentatiewezen (VVBAD). Dit lijkt me een prima aanzet te zijn om het debat hierover te voeren. Ik zou zelfs graag die proeve, weliswaar aangepast, als voorstel van decreet indienen.

Mijnheer de minister-president, ondertussen is mijn vraag een beetje achterhaald. Bij de federale overheid ging het sneller dan gedacht. In het wetsontwerp, dat twee weken geleden in het federale parlement is ingediend, wordt het wetsvoorstel-Destexhe van de vorige legislatuur hernomen. Ook daarover heb ik het overigens in 2007 gehad. Toen ik nog gemeenschapssenator was, heb ik er zelfs een amendement op ingediend om dat Vlaams publiekrechtelijk-archiefbeleid tot stand te brengen.

In het wetsontwerp worden verschillende dringende aspecten geregeld, zoals de verkorting van overbrenging en de openbaarheidstermijn. Het grote probleem is echter dat dat ontwerp geen oog heeft voor de institutionele situatie in België anno 2009.

Ik volg de logica die de VVBAD huldigt. Een nieuwe wet moet toelaten dat ieder niveau zijn verantwoordelijkheid inzake de archiefzorg en het beheer kan opnemen. Het wetsontwerp dat nu is ingediend, heeft zeer verstrekkende gevolgen voor Vlaanderen. Het gevolg is, als ik het goed lees, dat Vlaamse openbare besturen na 30 jaar hun archief moeten overdragen aan het rijksarchief. De gewesten en gemeenschappen zouden eveneens onder die federale Archiefwet ressorteren.

Mijnheer de minister-president, ik zal mijn vragen niet herhalen. Wel heb ik een bijkomende vraag. Is het aan het federale niveau om een regeling te treffen dat openbare besturen hun archief ´moeten´ overdragen? Volgens mij moet in de tekst staan dat ze dat ´kunnen´ doen.

De voorzitter: De heer Caron heeft het woord.

De heer Bart Caron: Mijn collega heeft al het belangrijkste gezegd. Ik wil er nog wel iets aan toevoegen. Wij vormen het enige bestuursniveau in dit land dat nog geen eigen regeling heeft uitgewerkt voor het eigen archief. De Franse Gemeenschap heeft er een, net zoals het Waalse Gewest. Gisteren heeft ook het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest bij ordonnantie een regeling aangenomen. De federale overheid beschikt, bij wijze van spreken, al eeuwen over een eigen regeling, die nu wordt aangepast of waar men nu wijzigingen aan wil aanbrengen. Het is erg jammer dat die bij ons ontbreekt. Met een archief komt de eigen identiteit en het eigen bestaan tot uiting. Als we dan toch zo graag zeggen dat Vlaanderen bestaat, dan moeten we ook voor die Vlaamse archieven zorgen.

De heer Vandenbossche verwijst naar de proeve van Archiefdecreet, dat door de VVBAD werd opgemaakt. Het is recent ook in een boekje opgenomen. Ik verneem nu dat mijn collega het zal indienen als voorstel van decreet. Het bestaat. Het is gemakkelijk om het door te voeren. Het is het resultaat van de merkwaardige samenwerking tussen Anciaux en Bourgeois. U kunt zelf invullen wat ik bedoel met ´merkwaardig´. Het wordt breed ondersteund. Vreemd genoeg komt het er niet van. Ik wil er niet alleen voor pleiten om daar snel werk van te maken. Ik wil ook nog ondersteunen wat mijn collega daarnet heeft gezegd. De tekst die voorligt in de Kamer heeft weer de bedoeling om de bevoegdheid over de archieven van gewesten en gemeenschappen, voor zo ver er geen eigen regeling is, in te pikken. Of men dat nu wil of niet, het getuigt van onvolwassenheid als we daar zelf geen regeling voor treffen.

Ik wil hier geen oordeel uitspreken over het Rijksarchief. Ik hoop echter dat we in Vlaanderen op termijn een ietwat dynamischere archiefinstelling kunnen creëren voor de openbare archieven. Veel steden en gemeenten zijn verder geëvolueerd, beter georganiseerd dan de eigen Vlaamse overheid.

Mijnheer de minister-president, ik sluit me aan bij de vraag van mijn collega. Wat is de stand van zaken? Waarom wordt gekozen voor een samenwerking met het Algemeen Rijksarchief? Want daar komt het de facto op neer als er geen decreet is. Ik doe een warme oproep om daar vooralsnog werk van te maken. Ik onderstreep dat de archiefsector zelf helemaal op dezelfde lijn zit. Er is ook geen sprake van verdeeldheid over die zaak. Er is een grote eensgezindheid over de vraag dat Vlaanderen zijn bevoegdheid zou opnemen.

De voorzitter: De heer Van Hauthem heeft het woord.

De heer Joris Van Hauthem: Ik sluit me aan bij deze vraag.

Vandaag ligt in de Kamer effectief het wetsontwerp houdende diverse bepalingen voor dat de Archiefwet zal veranderen. De Raad van State heeft daar een paar opmerkingen bij. De Raad van State stelt vast dat de bevoegdheid nog altijd voor een stuk verdeeld is. Toen de bevoegdheid inzake cultureel patrimonium van een gemeenschap werd overgedragen, werden daar aanvankelijk impliciet ook de archieven mee bedoeld.

Wat de organieke wetgeving betreft, zijn we nu bevoegd over gemeenten en provincies. Precies daaraan probeert men binnen de federale wetgeving te morrelen. Men probeert de ondergeschikte besturen van de provincies te verplichten hun archieven in het Algemeen Rijksarchief te deponeren. Eigenlijk kom het de federale wetgever niet langer toe om daar nog aan te morrelen. Bij gebrek aan een eigen regelgeving op Vlaams niveau zitten we daar echter in een patstelling.

Ik vraag me af waarom zo lang is gewacht met een Vlaams publiekrechtelijk-archiefdecreet. Daardoor heeft de federale wetgever nog altijd de mogelijkheid om daarin te legifereren, zelfs ondanks de opmerkingen van de Raad van State. Dit hebben we eerlijk gezegd gedeeltelijk aan onszelf te wijten.

De voorzitter: De heer Van Dijck heeft het woord.

De heer Kris Van Dijck: Ik sluit me aan bij deze vraag. Vanuit mijn fractie vraag ik om een eigen decreet uit te werken. Ik kijk met belangstelling uit naar het voorstel dat de heer Vandenbossche hier indient.

Deze problematiek is hier al vaker aangekaart. Een beleidsniveau dat zichzelf ernstig neemt, moet zijn volle verantwoordelijkheid nemen voor het eigen archiefbeheer. Hier ligt een belangrijke uitdaging. We zullen de voorstellen met belangstelling bekijken en steunen.

De voorzitter: Minister-president Peeters heeft het woord.

Minister-president Kris Peeters: Mijnheer Vandenbossche, de Vlaamse administratie heeft intensief voortgewerkt aan het ontwerp van decreet betreffende het publiekrechtelijk-archiefbeheer.

Op 14 september 2007 heeft de Vlaamse Regering beslist een werkgroep in het leven te roepen die een Vlaams publiekrechtelijk-archiefdecreet moest voorbereiden. In de schoot van die werkgroep werd samengewerkt met deskundigen uit het vakgebied. Zij moesten onderzoeken hoe het archiefbeheer bij de bestuursinstanties in Vlaanderen het best vorm kon krijgen. Bij dit traject zijn verschillende afdelingen van het departement Bestuurszaken, de Kanselarij, de Beroepscommissie inzake openbaarbeid van bestuur en het Agentschap Kunst en Erfgoed actief betrokken.

Er werd ook een heel grondige reguleringsimpactanalyse of RIA opgemaakt. Die heeft tot doel de beste regelgevingsopties te kiezen en uit te werken. Door middel van een uitgebreide omgevingsanalyse werden de huidige problemen in kaart gebracht en werd de complexe kwestie van de bevoegdheidsverdeling inzake archieven geanalyseerd. Voor elk probleemveld werden verschillende regelgevingsopties uitgewerkt met telkens een kwalitatieve en kwantitatieve berekening van de kosten, de baten en de effectiviteit. Ook de budgettaire consequenties van elke optie werden uitgebreid berekend.

Met deze voorbereiding is een goed werkinstrument beschikbaar om een gefundeerde beslissing te nemen over de wijze waarop het decreet moet worden ingevuld.

Uiteraard wil de Vlaamse Regering een ontwerp van decreet dat stevig wordt gedragen door de vele doelgroepen van het decreet. Daarom hechten de administraties en de Vlaamse Regering tijdens dit proces veel belang aan een uitgebreide en diepgaande consultatieronde. De VVSG, de VVP en de Vereniging voor Polders en Wateringen werden in het najaar 2008 geconsulteerd zodat zij hun advies konden uitbrengen over de voorliggende opties. Tegelijk werd een standpuntbepaling gevraagd aan de Werkgroep Lokaal Overheidsarchief bij de Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek-, Archief- en Documentatiewezen of VVBAD. Zij zijn allemaal op onze vraag ingegaan en hebben onze voorstellen diepgaand intern besproken. Pas half december 2008 hebben wij alle standpunten ontvangen en kon worden gewerkt aan de laatste stap.

Intussen is er niet stil gezeten. Parallel met de RIA werd een voorontwerp van decreet en een bijbehorende memorie van toelichting uitgewerkt voor alle opties zodat de keuzes snel kunnen worden gemaakt. Momenteel worden de laatste stappen gezet. Ik zal dit dossier binnenkort dan ook ter goedkeuring aan de Vlaamse Regering kunnen voorleggen.

Mijnheer Vandenbossche, u hebt terecht benadrukt dat er een hele weg is afgelegd waartoe u ook zelf hebt bijgedragen. Binnenkort kunnen daarvan de vruchten worden geplukt.

U hebt het ook gehad over proeven voor een Vlaams publiekrechtelijk-archiefdecreet. Dat is het resultaat van een studieopdracht van het Agentschap Kunst en Erfgoed die werd toegewezen aan de VVBAD, de sectorvereniging van archieven, bibliotheken en documentatiecentra. Gedurende zes maanden werkte een begeleidingscommissie een proeve van decreet uit die midden januari 2008 werd opgeleverd. Tegen de zomer van 2008 verscheen een licht bijgewerkte versie in de reeks Archiefkunde.

Met deze proeftekst heeft de VVBAD een zeer verdienstelijke poging ondernomen om een werkbare decreettekst op te stellen. Ze heeft de noodzaak van een sluitend wetgevend kader voor het publiekrechtelijk-archiefbeheer zeer duidelijk aangetoond. Ze geeft eveneens het belang aan om het beheer van de volledige levenscyclus van archiefstukken te regelen en de verantwoordelijkheid van de bestuursinstanties te benadrukken.

Tot slot wijst ze op de meerwaarde van het op termijn openstellen van archieven voor de burger. Het spreekt voor zich dat wegens de uiterst complexe juridische kwesties de proeftekst geen kant-en-klare decreettekst is. De tekst is met zeer veel aandacht gelezen door de werkgroep die met deze opdracht werd belast door de Vlaamse Regering. De proeftekst vormde op inhoudelijk vlak een van de vertrekpunten voor de opmaak van het archiefdecreet. Ik laat het aan de wijsheid van deze commissie en de parlementsleden om hetzij nog even te wachten, hetzij zelf een initiatief in te dienen.

Mijnheer Caron, u vraagt waarom er is gekozen voor samenwerking met het Algemeen Rijksarchief in plaats van zelf onze bevoegdheid uit te oefenen. U verwijst indirect naar de beslissing van de Vlaamse Regering van 14 september 2007. Naast de oprichting van de werkgroep ter bevordering en voorbereiding van het Vlaams Archiefdecreet werd toen ook beslist om een voorstel tot samenwerkingsovereenkomst tussen de Vlaamse overheid en het Algemeen Rijksarchief op te maken. Dat voorstel had tot doel de samenwerking tussen de Vlaamse overheid en het Algemeen Rijksarchief optimaal te laten verlopen en afspraken over het archiefbeheer en de selectie en de vernietiging van stukken te codificeren.

Het is vanzelfsprekend altijd de bedoeling geweest om slechts een tijdelijk karakter te geven aan onze samenwerkingsovereenkomst, in afwachting van een Vlaams Archiefdecreet. De overeenkomst heeft enkel betrekking op de praktische afspraken over het archiefbeheer binnen de diensten van de Vlaamse overheid en doet geen afbreuk aan de intentie van de Vlaamse Regering om haar bevoegdheden inzake het publiekrechtelijk-archiefbeheer ten volle op te nemen.

De gesprekken tussen mijn diensten en het Algemeen Rijksarchief lopen, maar hebben tot op heden nog niet geleid tot een door beide partijen gedragen ontwerp van samenwerkingsovereenkomst.

Er is ook verwezen naar het voorstel van de heer Destexhe. Ook dat volgen we van zeer nabij. Dat wetsontwerp zou de bestaande Archiefwet wijzigen op een aantal punten. Het belangrijkste is de inkorting van de verplichte overdrachtstermijn naar het Rijksarchief voor de archieven van de federale staat, de gemeenschappen, de gewesten en de provincies van 100 naar 30 jaar. Een KB kan het toezicht van de algemeen rijksarchivaris nader bepalen.

Mijnheer Van Hauthem, u hebt verwezen naar de opmerkingen van de Raad van State. Onze juridische diensten volgen dit ook van zeer nabij op. Zij hebben me bevestigd dat de gemeenschappen de bevoegdheid hebben over het eigen cultureel patrimonium, zijnde archieven die geen onmiddellijk nut meer hebben voor de overheden die zij hebben gevormd. De gewesten blijven bevoegd voor de archieven van de gemeenten en provincies. De federale overheid blijft bevoegd voor de eigen federale bevoegdheden zoals openbare orde en de registers van de burgerlijke stand.

De beoogde wijzigingen van de Archiefwet hebben dus enkel betrekking op de federale bevoegdheden. Er wordt niet geraakt aan de gemeenschaps- of gewestbevoegdheden. De memorie van toelichting bij het wetsontwerp maakt ook duidelijk dat het niet de bedoeling is afbreuk te doen aan de bevoegdheden van de gemeenschappen en gewesten.

De juridische diensten hebben er wel op gewezen dat deze wetswijziging niet echt bijdraagt tot juridische duidelijkheid, maar strikt genomen blijft dit wetsontwerp binnen de federale bevoegdheden. Toch zijn de gestelde vragen terecht. Er moet een dynamiek komen. De tijd dringt om een eigen Vlaams Archiefdecreet op te stellen.

Tot 7 maart kunnen er ontwerpen van decreet worden ingediend. Ik neem aan dat daar eventueel afwijkingen op mogelijk zijn, gezien het belang van deze vraag.

De voorzitter: De heer Vandenbossche heeft het woord.

De heer Dany Vandenbossche: Mijnheer de minister-president, ik dank u voor uw antwoord.

Of de bepalingen uit het oude wetsvoorstel bevoegdheden overschrijden, is een andere discussie, maar het gaat wel heel ver voor de gewesten en de gemeenschappen.

Ik heb er geen probleem mee dat er nog een ontwerp van decreet zou worden ingediend voor 7 maart of iets later, als de parlementaire agenda dit toelaat. Dat zal niet moeilijk zijn, want ik ben eigenlijk van plan om een voorstel van decreet in te dienen. Als u dan nog een ontwerp van decreet wilt indienen, dan hebt u daarvoor alle tijd. U kunt het voorstel van decreet zelfs amenderen. Dat lost alle timingproblemen op.

Ik ben zelfs nog enthousiaster om het voorstel van decreet houdende een Vlaams publiekrechtelijk archief in te dienen. Dat lost uw problemen en de mijne op. Zoals u weet, pluk ook ik graag de vruchten van de vele jaren waarin we over dit dossier hebben gediscussieerd.

De voorzitter: De heer Caron heeft het woord.

De heer Bart Caron: Ik wil zeggen dat de Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek-, Archief- en Documentatiewezen (VVBAD) die ook de proeve van publiekrechtelijk-archiefdecreet heeft geschreven, in een brief aan alle federale parlementsleden en aan de Vlaamse volksvertegenwoordigers die deze thematiek volgen, zelf een voorstel van amendement op die wet houdende diverse bepalingen schrijft, omdat men zeer ongerust is over de bevoegdheid die in de ontwerptekst is opgenomen.

Men wil dat het Rijksarchief ook voor de gemeenschappen, gewesten en gemeenten kan ageren, indien er een akkoord over is. In die mogelijkheid wordt voorzien, en dat is niet slecht – je weet maar nooit wat er gebeurt. Maar de dwingende bepaling moet er in ieder geval uit. De VVBAD meent dat uit de tekst is af te leiden dat het om een terugname van bevoegdheden gaat. Dat staat in hun begeleidend schrijven. Je kunt niet zeggen dat de VVBAD tot de club van flaminganten behoort, maar ze behartigt de belangen van de organisatie en van archiefdiensten. Ik zou dus willen pleiten voor zeer grote voorzichtigheid.

Het is jammer dat het zo lang duurt. Het spreken over een samenwerkingsovereenkomst in afwachting van een eigen regeling tussen het Rijksarchief en de Vlaamse overheid, duurt nu ook al meer dan twee jaar. Het is weer een bewijs om meer vaart te zetten achter een eigen regeling.

Dit voorstel is mooi uitgewerkt door de VVBAD. Het is misschien niet perfect, maar het bevat maar 22 artikelen. Het toont aan dat goede regelgeving niet noodzakelijk lang en uitgebreid moet zijn. Eigenlijk zouden we nog voor het reces tot een oplossing moeten komen.

De voorzitter: De heer Van Hauthem heeft het woord.

De heer Joris Van Hauthem: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, ik heb nog een klein vraagje. Wat zijn de struikelblokken in de onderhandelingen of in de gesprekken met het Rijksarchief om – volgens uw woorden – tot een tijdelijke samenwerking te komen in afwachting van een eigen regeling? U zegt dat het al twee jaar duurt, maar u hebt eigenlijk niet gezegd hoe het komt dat het zo lang duurt en dat er geen akkoord tot samenwerking komt, want van een echt ´samenwerkingsakkoord´ kan ik hier niet spreken.

In feite belooft u dat u nog voor het reces met een decreet komt. De Raad van State is daarin nogal dubbelzinnig en zegt dat het een gedeelde bevoegdheid is. Als we de VVBAD mogen geloven, dan huiveren ze voor het verplicht maken van het openen van archieven door gemeenten. Ze willen de mogelijkheid open laten.

De heer Bart Caron: De VVBAD wil dat de Vlaamse overheid die bevoegdheid opneemt, tenzij er door omstandigheden opnieuw vertraging zou zijn.

De heer Joris Van Hauthem: En dat men niet in een soort juridisch vacu?m terechtkomt. Het is juist hun bekommernis dat de federale overheid omwille van een juridisch vacu?m, de zaak weer naar zich toetrekt en een verplichting oplegt. Het is dan nog maar de vraag of uw decreet de diverse bepalingen – de Archiefwet in feite – zal opheffen of niet. Het wordt dus tijd dat u ermee voor de dag komt.

Maar hoe komt het dat de gesprekken met het Rijksarchief zo stroef verlopen en dat er nog altijd geen overeenkomst is?

Minister-president Kris Peeters: Mijnheer de voorzitter, geachte collega´s, ik heb er geen enkel probleem mee als we sneller tot een resultaat komen met een voorstel dan met een ontwerp. Als dit een mogelijkheid is, wil ik er zeker eens over spreken. Het is belangrijk om zeer snel te handelen en zaken te laten vooruitgaan. U weet dat een ontwerp nog naar de Raad van State moet na goedkeuring door de Vlaamse Regering. Ik ben nogal voor resultaat. (Gelach)

De heer Joris Van Hauthem: Als we morgen een belangenconflict tegen de diverse bepalingen indienen, dan komen we misschien een stap verder.

Minister-president Kris Peeters: Morgen is er het grote debat, niet vandaag.

U vraagt hoe het komt dat het samenwerkingsakkoord nog niet is gefinaliseerd. Er zijn geen specifieke struikelblokken. Het is de traagheid van bepaalde besluitvorming en de tijd die voor sommige dingen nodig is. Maar er is geen directe aanwijzing om te zeggen dat het kalf daar gebonden ligt. Ik betreur dat.

Ik begrijp dat alle collega´s hier, over de partijgrenzen heen, snel tot actie willen komen en tot een decreet willen komen om veel op te lossen. Mijn traject, met alle inspanningen die daaraan verbonden zijn, is zo goed als gefinaliseerd. Ik sta open om de finalisering van een decreet te versnellen en om na te gaan of alle procedures wel nodig zijn. Een beter aanbod kan ik vandaag niet doen.

De heer Dany Vandenbossche: Ik word steeds maar enthousiaster over het aanbod van de minister-president. Ik denk dat alle mogelijkheden nu openliggen en dat het de snelste weg is om een voorstel van decreet in te dienen. De minister-president kan dat amenderen. Ik zal hem blindelings volgen.

De vraag of er al dan niet een belangenconflict moet zijn, is een andere vraag waarover ik me eigenlijk niet durf uit te spreken met de huidige bepalingen. We zouden beter snel zelf een voorstel van decreet opstellen in plaats van opnieuw een procedure in gang te steken.

De heer Joris Van Hauthem: Het ene sluit het andere niet uit.

De voorzitter: Het incident is gesloten.

Ingediend onder in de commissies, in het parlement Reacties uitgeschakeld voor Vraag om uitleg over de publiekrechtelijke archieven

boek

Klik hier om het boek te downloaden


'Vanop de Frontlijn, Reflecties op het Vlaamse Cultuurbeleid' - Bart Caron en Guy Redig, Uitgeverij Vrijdag, april 2019




Bart Caron met contrabas (foto: Viviane Decock)

 

Nieuws

Vlaams parlementslid Bart Caron (Groen) stopt met actieve politiek

We moeten af van ‘middeleeuwse’ overdracht van jachtrechten

Alternatieven voor dierproeven

Het ‘kleine’ parlementaire werk. Recente voorbeelden: Geluidshinder kusttram – Hakhoutbeheer – Restauratiepremies Onroerend Erfgoed – Beschermde landschappen

Ketnet wil zender voor allerkleinsten, “Legitieme vraag en begrijpelijke ambitie”

Gereglementeerde boekenprijs unaniem goedgekeurd door Vlaams parlement

Wat liep er fout met de bescherming Villa Slabbinck? (Brugge)

Groen verwelkomt Bellegemse windmolens, maar vraagt ‘windplan’ voor regio Kortrijk

Groen wil geen sloop hoekhuis Kasteelkaai-Belfaststraat.
Hoog tijd voor een Kortrijkse visie op erfgoed!

Woede van boeren terecht, maar alleen ander landbouwmodel geeft boeren een zekere toekomst.

Provinciebestuur W-Vl verliest vele (culturele) instellingen

Bart Caron : “Overdracht cultuurbevoegdheden provincies is een wangedrocht !”

Leve Mest-Vlaanderen

Nog geen bescherming poldergraslanden

Nog redders aan de kust?

Brugge weert plooifiets uit overheidsgebouwen

De Leie of het Kanaal naar Roeselare: Groen wil meer binnenvaart

Kortrijk Airport, milieuvergunning aangepast?

Wanneer faire prijzen voor landbouwproducten?

Kortrijk heeft de bus gemist

Burgerkabinet ontslaat Gatz niet van plicht om al bestaande inspraak te versterken

Steeds meer monumenten wachten op broodnodig onderhoud. Ondertussen verkrotten ze

Freya Piryns voorgedragen als vertegenwoordiger in de Raad van Bestuur van de VRT

Regering krimpt beloofde natuurgebieden langs de Leie sterk in

Bruggen in Kortrijk, werkende verlichting op de fietspaden is een brug te ver…

LAR-zuid, woordbreuk van de stadscoalitie

Informatie, diverse sporten en cultuur moeten prioriteit VRT blijven

‘Gemeenteraad is wachtzaal voor wie schepenambt wil’

Persmededeling: Groen maakt werk van versterking West-Vlaamse open ruimte.

Persbericht: 5 Groene werven voor een impuls in West-Vlaanderen.